Gaat de ROM discussie wel over de ROM?


Begin dit jaar besteedde ik op ‘Handle With Care’ twee blogposts aan de discussie over de Routine Outcome Monitoring in de GGz:
Sinds die tijd is er veel gebeurd in zowel ROM, als in GGz land, maar van een oplossing lijkt vooralsnog geen sprake, sterker nog de betrokken partijen lijken alleen maar verder van elkaar verwijderd te zijn geraakt, de toon van de discussie is alleen maar verhard en de achterdocht jegens elkaar is toegenomen.

 Mijn standpunten over het ROM’en zijn vrij simpel:
  • Ja, ROM is belangrijk.
  • ROM dient altijd op basis van informed consent plaats te vinden.
  • ROM gegevens dienen volledig anoniem te worden aangeleverd, verwerkt en bewaard.
Op welke manier er ge-ROMd moet worden om een zo groot mogelijk betrouwbaarheid te bereiken, weet ik niet. Dat is niet mijn vakgebied.

Maar ik wil het eigenlijk helemaal niet over de ROM hebben. In de periode tussen februari en nu ben ik er namelijk steeds meer achter gekomen dat het eigenlijk helemaal niet om de ROM (en de gevolgen daarvan voor de patient) gaat. Waar het volgens mij veel meer om gaat, is de vraag wie het nu eigenlijk voor het zeggen heeft in GGz land. Duidelijk is in ieder geval dat er een behoorlijke groep patiënten, psychiaters en peuten  is, die zich niet meer voldoende vertegenwoordigd voelen door hun belangen & beroepsverenigingen en door hun brancheorganisaties Het gaat daarbij niet alleen om vertegenwoordiging in de ROM kwestie, maar ook om vertegenwoordiging bij het opstellen van richtlijnen & protocollen en om vertegenwoordiging op beleidsniveau richting VWS, politiek en verzekeraars.

Zelf ben ik geen speler in deze machtsstrijd. Als verpleegkundige heb ik natuurlijk wel een mening en heb ik voor het ene kamp meer sympathie dan voor het andere kamp, maar de mening van verpleegkundigen telt hier niet echt mee en V&VN, de beroepsvereniging Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland houdt, zoals gebruikelijk, haar mond, ook al raakt de GGz chaos naast patiënten vooral ook verpleegkundigen en verzorgenden.

 Hoewel ik dus geen speler ben, heb ik wel een mening. Allereerst over de machtsstrijd zelf. Dat partijen als verzekeraars, VWS en GGz Nederland zich vooral bezighouden met het behoud van hun redelijk gemonopoliseerde positie vind ik niet okay, maar begrijp ik wel. Macht corrumpeert en als je je alleen maar met beleid en papier bezighoudt, verlies je het contact met de andere werkelijkheid, de praktijk.

Dat beroepsverenigingen als NVvP & NIP en patiëntenplatform LPGGZ die andere werkelijkheid, de praktijk, uit het oog zijn verloren begrijp ik niet, maar snap ik wel. Zeker als je nagaat hoeveel belangenverstrengeling er plaatsvindt.

Dat organisaties die GGz aanbieden de praktijk ook steeds verder laten verschralen begrijp ik evenmin, maar snap ik ook wel. In bestuurskringen van GGz aanbieders lopen meer lijntjes naar verzekeraars, GGz Nederland, VWS en beroepsverenigingen dan naar de praktijk. En als je erg aan je carriere hecht, dan is het belangrijk om die lijntjes te koesteren.

Dat echter de in mijn ogen krachtige groep ‘dwarsliggers’ net zo hard en met dezelfde ‘wapens’ (overleggen, praten, overleggen, praten, overleggen, enz.)  meedoet aan deze machtsstrijd begrijp ik niet en snap ik niet. Hervormen doe je niet van achter je bureau, doe je niet via de bureaucratie, doe je niet via de rechter, doe je niet binnen de lijnen. Hervormen doe je volgens mij vanuit en in de praktijk en buiten jullie comfort zones.Stop de energie die nu gestoken wordt in het met woord en pen bestrijden van datgene waar jullie tegen aan lopen, in behandeling en zorg zoals die volgens jullie gegeven zou moeten worden, inclusief ROM. Richt samen met elkaar een GGz instelling op, zoals jullie vinden dat ie eruit moet zien. En doe dit samen met ‘dwarsliggers’ ook uit andere disciplines, waarbij ik patiënten als discipline beschouw.  Laat zien hoe GGz volgens jullie dan wel moet en toon aan dat jullie beter zijn dan de rest. Kreten als ‘Het roer moet om in de GGz’, Hart voor de GGz’, enzovoorts, zijn slechts woorden. . Manifesten, intentieverklaringen, petities, werkgroepjes, moties, en dat soort prachtige dingen hebben tot nu toe niets concreets opgeleverd. Gebruik jullie energie om iets concreets op te zetten. Pas als dat wordt gedaan en het blijkt in de praktijk te werken, dan kan er niemand meer om jullie heen en pas dan worden jullie echt serieus genomen. Dus gebruik jullie creativiteit daar waar die er echt toe kan doen. En bedenk: macht is leuk, beroepseer is leuker en samenwerken met jullie patiënten is het leukst.

Lex Vink

 

 

Reacties